
Kyung-mi, doof van bij haar geboorte, is duidelijk een vechtertje in deze verrotte wereld. Gewapend met haar gehoorapparaat, haar gsm en haar audiosensoren verspreid over heel het huis dat ze deelt met haar moeder, past ze zich zo goed en zo kwaad mogelijk aan… Maar wat ze op een nacht in een somber steegje ontdekt, zal alles veranderen. Een jong meisje bloedt dood op de straatstenen. Haar broer verschijnt even later in paniek ter plekke. Kyung-mi krijgt er geen woord tussen. Ze probeert om hulp te bellen, maar de broer lijkt niet geïnteresseerd. Doof maar niet stom, begrijpt Kyung-mi al snel dat de broer in kwestie waarschijnlijk de dader is van dit bloedbad. Meer nog, hij lijkt zo opgewonden door haar handicap dat hij haar aankijkt met de verliefde ogen van een hongerige leeuw die net een gazelle met gebroken poten in de gaten krijgt…
Oh-Seung Kwon komt met het duivelse eenvoudig concept van z’n eerste film meteen terzake. Een nachtmerrie van een nacht, personages die een essentieel zintuig ontbreken (denk aan MUTE WITNESS of A QUIET PLACE) en een psychopathische seriemoordenaar gespeeld door Wi Ha-joon, de wereldberoemde agent uit SQUID GAME. Héérlijk gonzende terreur…